“Binnen een werkdag had onze sergeant ter plekke een complete huisartsenpost gerealiseerd, inclusief parkeerplaatsen, bedden, medicijnen en een wachtruimte met zelfs misschien wel overjarige magazines. Dat kan alleen omdat we, waar ook ter wereld, gewend zijn volgens strakke procedures te handelen en snel te beslissen. De (civiele) huisartsen in kwestie moesten wel even wennen aan deze manier van werken, maar hadden snel vertrouwen in de manier van aanpak. Soms is, omwille van de tijd en nu vanwege de corona-uitbraak, handelen belangrijker dan overleg!”
Ik ben in gesprek met kolonel Timo Beaufort, plaatsvervangend commandant 11 Luchtmobiele Brigade, adjudant van de koning en regionaal commandant West en Midden Nederland. In die laatste functie is Timo verantwoordelijk voor de inzet van defensie op aanvraag van de civiele autoriteiten, zoals burgemeesters, dijkgraven, politie, brandweer, een officier van justitie, of voorzitters van de verschillende veiligheidsregio’s. Dat kan zijn voor een veteranendag, een boerenprotestdemonstratie of, in dit geval, de corona-uitbraak.
Werden jullie overvallen door de aanvragen voor ondersteuning tijdens de corona-uitbraak?
“Begin maart kregen we in korte tijd veel steunaanvragen. Je kunt ze onderverdelen in de vraag naar gekwalificeerde mensen, beschermingsmateriaal en medische apparatuur. Natuurlijk willen we graag direct ondersteuning bieden, maar het gevaar is dat we vanuit de emotie handelen. Normaal gesproken wordt er bij aanvragen een inschatting gemaakt van de situatie. We hebben snel een medische staf in het aanvraagproces geplaatst om alle belangen goed af te wegen.
Kijk, op een gegeven moment kwam de vraag naar een compleet noodhospitaal voor een veiligheidsregio. Dat hospitaal was voorhanden op een van onze schepen. Dan is het belangrijk om te weten hoe groot de kans is dat het desbetreffende schip moet uitvaren met alle gevolgen van dien!”
Klinkt als een ingewikkelde situatie, gezien het feit dat je aan de ene kant spoedaanvragen krijgt en aan de andere kant alle belangen moet afwegen?
“Klopt, we moeten het overzicht blijven houden. Defensie heeft een eigen gezondheidszorgsysteem. Wanneer we deze kunnen inzetten bij een corona-uitbraak, dan doen we dat graag. Maar we zijn geen ‘first responders’, zoals de politie en brandweer. Zij gaan direct naar de plek, waarbij ze onderweg nog informatie ontvangen. Wij willen die afweging vooraf maken. Het voordeel is dat wij zonder overleg maar met strakke procedures in staat zijn bijzonder snel te handelen.”
Hoe trots ben je dan wanneer je ondersteuning kan bieden in een crisissituatie als deze?
“Ik ben trots op de gigantische inzet van mijn collega’s. Maar ook op de kennis die we te bieden hebben. Toen de ziekenhuizen met name in Brabant overvol dreigden te raken moest er een coördinatie opgezet worden om patiënten naar andere ziekenhuizen te transporteren. Dat mechanisme was er niet in Nederland. Dat was voorheen ook niet noodzakelijk.
Wij bij defensie kennen dat wel, in de vorm van een PECC; het Patiënten Evacuatie Coördinatie Centrum. Met deze kennis, opgedaan in onder andere Afghanistan, konden we snel een civiele variant opzetten, genaamd het Landelijk Coördinatiecentrum Patiënten Spreiding. Dan zie je dat we niet alleen ondersteunen met bestaande middelen en mensen, maar ook dat we meedenken in oplossingen met onze ervaring en kennis. Daarnaast is het zo dat we deze keer ook heel zichtbaar aanwezig waren. Dat is niet bij elke inzet het geval.”
Hoe staat het met de veiligheid van de collega’s bij defensie in vergelijking met de medewerkers in de zorg?
“Dat is natuurlijk een belangrijk punt van aandacht. We zijn in verpleeghuizen, ziekenhuizen en zorginstellingen geweest. De hygiëne-eisen moeten wel overeenkomen. Wanneer dat niet het geval is, trekken we aan de bel. Enkele collega’s van defensie zijn besmet geraakt. Gelukkig zijn het allemaal jonge, fitte mensen en hebben we niet te maken gehad met sterfgevallen binnen defensie naar aanleiding van de corona-inzet.”
In welke mate is er nu nog sprake van defensie-ondersteuning in de strijd tegen corona?
“Op dit moment is dat minimaal. We ondersteunen de GGD met de teststraten en het bron- en contactonderzoek. We zijn terug geschaald van 500 naar ongeveer 40 mensen.”
Lees ook: Werk aan de winkel voor de bemonsteraar.
Zijn jullie klaar voor een 2e coronagolf?
“Het is onze taak om klaar te zijn staan voor elke crisis. Dus ook voor een 2e coronagolf. Laten we hopen dat het niet zo ver komt. We hebben binnen defensie een evaluatie gehad met betrekking tot de inzet tijdens de corona-uitbraak dit voorjaar. Ook gaan we nog graag met de zorg in gesprek om te kijken waar de samenwerking nog beter kan.
We blikken positief terug op de samenwerking met de zorg in een periode die complex en emotioneel was. Laten we hopen dat het bij die ene keer blijft en Nederland verstandig blijft door de RIVM-maatregelen op te volgen.”