Zoals velen van mij weten ben ik van nature geen sportman. Maar ruim twee jaar geleden heb ik het roer omgegooid en ben ik toch aan de slag gegaan. Ik voelde me gewoonweg niet fit en gezond meer, ik was te zwaar en uit een test bleek dat ik een extreem slechte conditie had voor mijn leeftijd. Werk aan de winkel dus, waardoor ik aan het sporten ben geslagen. Met goede begeleiding vanuit een coach en een kleurig paar renschoenen. En hoewel ik er tijdens het rennen nog steeds vaak niet heel erg vrolijk van word, voel ik me wel veel beter dan voorheen.
Maar net voor de kerst ging het even mis. Na een training voelde ik een zeurende pijn in mijn linker kuit en scheenbeen. ‘Niks aan het beentje’, dacht ik nog en dus besloot ik de dag erna de stijfheid in mijn been er even uit te gaan rennen. Dat bleek dus geen goed idee. Want hoewel het na vijf minuutjes wel weer ging en de pijn minder werd, werd ik de dag erna wakker met een super stijf en pijnlijk been. Kreupel strompelde ik door huis.
Toen het na een paar dagen niet beter werd ben ik toch maar even naar mijn coach gegaan, die ook fysiotherapeut is. Zijn conclusie: shin-splints, een veelvoorkomende scheenbeenblessure onder hardlopers. De enige oplossing: rust houden en eventueel wat lichte vervangende activiteiten doen die niet belastend zijn voor het been. Lekker dan; had ik eindelijk een goede conditie en kleinere broekmaat, kon ik deze niet onderhouden. In coronatijd vind ik het toch al wat lastiger dan normaal om de snacks te laten staan, maar met de kerstdagen toen nog voor de deur voorspelde dat weinig goeds.
Tja, en dat bleek dus een beetje een self-fulfilling prophecy te zijn; de combinatie van meer eten en drinken en minder bewegen leidde ertoe dat ik toch weer wat kilootjes aankwam en dat mijn conditie terugliep. Hij was nog steeds vele malen beter dan vroeger en niks om me zorgen over te maken, maar stiekem baalde ik er toch wel van. Want het is maanden werken om een goede conditie op te bouwen, maar na bijna twee maanden in de lappenmand te hebben gezeten lukte het me niet meer om mijn rondje van zes kilometer te rennen, laat staan in het tempo dat ik inmiddels gewend was.
En nou weet ik wat iedereen gaat zeggen: “Goed dat je weer bent begonnen en dat komt wel weer, Jeroen.” Maar ik moet eerlijk zeggen dat het toch wel wat knaagt aan mijn motivatie; iets verliezen dat je ooit hebt gehad is nou eenmaal vervelend, ook als je het weer terug kunt verdienen. Loss aversion, noemen ze dat in de psychologie, geloof ik. Maar goed, het is wat het is en als ik mijn rondjes weer in een mooie tijd wil kunnen rennen, dan heeft klagen, zuchten en steunen geen enkele zin. De enige manier om mijn persoonlijke conditie weer op te bouwen is meer bewegen, voldoende rust nemen en gezonder eten en drinken. Er zijn helaas geen sluiproutes, dus vooruit met de geit!
En dit geldt eigenlijk ook voor onze familie van bedrijven en mezelf als ondernemer. Waar we in 2020 een flinke blessure hebben opgelopen door corona, is het zaak om de komende maanden onze conditie weer op te bouwen. Gelukkig zijn we daar in het vierde kwartaal van 2020 al mee begonnen en verbeteren we onze professionele prestaties inmiddels maandelijks. Dit kost bloed, zweet en tranen. En omdat we elkaar en onze klanten zo weinig echt kunnen zien, vind ik het ook lang niet zo leuk als voorheen. Maar ik weet wel zeker dat we met alles wat we geleerd hebben sterker en krachtiger zullen herstellen van deze coronablessure! En dat is toch wel echt een heerlijk gevoel! Dus ondernemend en werkgevend Nederland: rennen jullie met me mee de komende maanden?